Van Kampi tot Anlung Cheuteal
Ik ben weer veilig terug gekeerd van een week patrouilleren op de Mekong rivier. Voor mij was het voornamelijk verkennen van het gebied waar ik straks monsters zal gaan nemen, maar collega’s San, Wat, Bunna en Sohka gaan iedere maand met de boot de rivier op, van Kratie tot aan de grens met Laos. Tijdens deze tocht staan ‘general monitoring’, tellen van de dolfijnen in de 9 verschillende pools, en enkele village- en school workshops organiseren in de provincies Kratie en Stung Treng centraal. Verder wordt er onderweg bij enkele lokale vissers gestopt om ze bewust te maken van de situatie en natuurlijk om vis te kopen voor het avondeten. Tijdens de village- en school workshops worden de deelnemers over de biologie en gedrag van de dolfijn en het doel van CMDCP (Cambodian Mekong Dolphin Conservation Programme) geinformeerd.
van links naar rechts
1) Dolfijn in Kampi pool
2) Informatie voor de plaatselijke vissers-familie
3) Enthousiaste leerlingen in school-workshop
4) Village-workshop in Kang Dei Sa
De aanwezigen worden tevens bewust gemaakt omtrent de gevolgen van het gebruik van water afkomstig uit de Mekong. Ze doen hier namelijk alles mee. Ze wassen zichzelf, hun kleding, en vee in de Mekong. Verder halen ze hier vis uit om te eten, water om mee te koken en thee/koffie van te zetten. Heerlijk – ga maar na wat ik de afgelopen 7 dagen dus allemaal heb binnengekregen. Ondanks dat is de stoelgang prima geweest of ben ik nu van binnen aant ontbinden?
Naast de workshops was de tocht over het water een grote National Geographic en Animal Planet documentaire. Je stapt er echt letterlijk in. Samen met de verscheidenheid aan fauna (ijsvogeltjes, arenden, (zilver)reigers, bijeneters, aalscholvers, kraanvogels, waterbuffels, vissen en natuurlijk de dolfijnen), is het landschap dat varieerd van bos en jungle tot mangrove adembenemend.
In het natte seizoen is dit de Flooded Forest
Tegen zonsondergang, zo rond 18h00, arriveerden we dan bij een dorpje om daar heerlijk te genieten van vers gevangen vis met rijst als avondeten en een 'douche' (lees emmer water over je heen scheppen) alvorens om 21h00 de nachtrust in te gaan. Het ritme in deze dorpjes is toch wat anders wanneer electriciteit ontbreekt of schaars is. Om 21h00 naar bed em om 5h30 weer op. Echt van de nachtrust heb ik helaas niet kunnen genieten. Of ik was te zwaar voor mijn hangmat en daar lag ik weer op de houten grond of kippen, muizen, honden, katten, koeien, varkens en ander vee vonden dat het nog lang geen bedtijd was. En naturlijk in het ergste geval wil een dief je slippers komen stelen, lopen er dronken mensen over de zandpaden te brallen of begint een haan om 4h30 de dag aan te kondigen terwijl je net 10 minuten in dromenland bent. Welkom in het Cambodjaanse provincie leven.
Ik moet zeggen dat ik aangenaam geintegreerd ben in deze samenleving. Vooral nu ik ’s ochtends, ’s middags en ’s avonds rijst eet. Dit hadden ze nog geen enkele barran (buitenlander) zien doen. Na 5 dagen leek een boterham met spek en ei of desnoods pindakaas stiekum wel heel lekker. Deze provinciale levenstijl is even wennen maar een erg leuke ervaring en ik zal dit nog vele keren herhalen voor mijn werk. Tevens is mijn Khmer is ook weer wat verbeterd door 7 dagen met 4 Cambodjanen op te trekken. Sohka en Bunna spreken wat Engels en hebben dus wat conversaties voor me kunnen vertalen wanneer ik tijdens lange gesprekken de bomen niet meer door het bos zag. Af en toe kon ik een paar werkwoorden opvangen. Maar een gesprek begrijpen met alleen maar werkwoorden is natuurlijk gekkenwerk. Ze hebben me ook wat Khmer bijgebracht zoals;
Khnom nié pi saa Khmai buntoek buntui
(Ik spreek een beetje Khmer)
Khnom mun mien somnue aj té
(Ik heb geen vragen meer)
Bong – maon ponmaan yeung tui njambaaj?
(Broer, hoelaat gaan we eten?)
Khnom mun dung té (Dat weet ik niet)
Sraj sa aat (Mooie vrouw)
Barran (Buitenlander)
Chéa (Proost)
Skal (Bottoms up – ofwel adje)
Psaa ot – (Dolfijn)
van links naar rechts
1) Dolfijn in Kampi pool
2) Informatie voor de plaatselijke vissers-familie
3) Enthousiaste leerlingen in school-workshop
4) Village-workshop in Kang Dei Sa
De aanwezigen worden tevens bewust gemaakt omtrent de gevolgen van het gebruik van water afkomstig uit de Mekong. Ze doen hier namelijk alles mee. Ze wassen zichzelf, hun kleding, en vee in de Mekong. Verder halen ze hier vis uit om te eten, water om mee te koken en thee/koffie van te zetten. Heerlijk – ga maar na wat ik de afgelopen 7 dagen dus allemaal heb binnengekregen. Ondanks dat is de stoelgang prima geweest of ben ik nu van binnen aant ontbinden?
Naast de workshops was de tocht over het water een grote National Geographic en Animal Planet documentaire. Je stapt er echt letterlijk in. Samen met de verscheidenheid aan fauna (ijsvogeltjes, arenden, (zilver)reigers, bijeneters, aalscholvers, kraanvogels, waterbuffels, vissen en natuurlijk de dolfijnen), is het landschap dat varieerd van bos en jungle tot mangrove adembenemend.
Tegen zonsondergang, zo rond 18h00, arriveerden we dan bij een dorpje om daar heerlijk te genieten van vers gevangen vis met rijst als avondeten en een 'douche' (lees emmer water over je heen scheppen) alvorens om 21h00 de nachtrust in te gaan. Het ritme in deze dorpjes is toch wat anders wanneer electriciteit ontbreekt of schaars is. Om 21h00 naar bed em om 5h30 weer op. Echt van de nachtrust heb ik helaas niet kunnen genieten. Of ik was te zwaar voor mijn hangmat en daar lag ik weer op de houten grond of kippen, muizen, honden, katten, koeien, varkens en ander vee vonden dat het nog lang geen bedtijd was. En naturlijk in het ergste geval wil een dief je slippers komen stelen, lopen er dronken mensen over de zandpaden te brallen of begint een haan om 4h30 de dag aan te kondigen terwijl je net 10 minuten in dromenland bent. Welkom in het Cambodjaanse provincie leven.
Ik moet zeggen dat ik aangenaam geintegreerd ben in deze samenleving. Vooral nu ik ’s ochtends, ’s middags en ’s avonds rijst eet. Dit hadden ze nog geen enkele barran (buitenlander) zien doen. Na 5 dagen leek een boterham met spek en ei of desnoods pindakaas stiekum wel heel lekker. Deze provinciale levenstijl is even wennen maar een erg leuke ervaring en ik zal dit nog vele keren herhalen voor mijn werk. Tevens is mijn Khmer is ook weer wat verbeterd door 7 dagen met 4 Cambodjanen op te trekken. Sohka en Bunna spreken wat Engels en hebben dus wat conversaties voor me kunnen vertalen wanneer ik tijdens lange gesprekken de bomen niet meer door het bos zag. Af en toe kon ik een paar werkwoorden opvangen. Maar een gesprek begrijpen met alleen maar werkwoorden is natuurlijk gekkenwerk. Ze hebben me ook wat Khmer bijgebracht zoals;
Khnom nié pi saa Khmai buntoek buntui
(Ik spreek een beetje Khmer)
Khnom mun mien somnue aj té
(Ik heb geen vragen meer)
Bong – maon ponmaan yeung tui njambaaj?
(Broer, hoelaat gaan we eten?)
Khnom mun dung té (Dat weet ik niet)
Sraj sa aat (Mooie vrouw)
Barran (Buitenlander)
Chéa (Proost)
Skal (Bottoms up – ofwel adje)
Psaa ot – (Dolfijn)
Met deze zinnen en wat ik in Phnom Penh al geleerd heb kwam ik soms wat verder in de dorpjes aan de Mekong. Meestal werden me vragen gesteld als; hoe heet je – waar kom je vandaan – hoe oud ben je – ben je getrouwd – hoe oud is je vrouw. Na een aantal Chea – Skal met de rijstwijn rolde het Khmer er uit.
Sohka zei op de laatste dag het volgende: Koat mun chië Barran té. Ajluiw koat chië Khmai. Hij is geen buitenlander meer. Nu is hij een Khmer.